Op eerste pinksterdag lukte het weer: de van oorsprong Curaçaose Jean Julien Rojer en zijn dubbelpartner Marcelo Arévalo uit El Salvador winnen de mannendubbelfinale op Ronald Garros. Na Wimbledon in 2015 en de US Open in 2017 is dit de derde keer dat Rojer het mannendubbel wint. In 2015 en 2017 speelde hij met de Roemeen Horia Tecau. Hoewel hij voor Nederland uitkwam, is Curaçao apetrots op hun eilandskind.
Vandaag is de geboortedag van de Curaçaose musicus Jan Gerard Palm (1831-1906), de stamvader van vele bekende musici op het eiland. Palm was componist en muziekdocent maar bespeelde ook diverse instrumenten. Van 1859 tot 1881 is hij kapelmeester van de Schutterij. Daarnaast bespeelt hij twintig jaar lang het orgel in de joodse Tempel, en korte tijd in de snoa. Ook is hij organist in de Fortkerk en, tussen 1864 en 1871, bij de Vrijmetselaarsloge Igualdad. Om de jeugd te stimuleren muziek te maken richt hij in 1884 het muziekgezelschap Sint Cecilia op. Hij krijgt negen kinderen bij drie vrouwen en heeft 27 kleinkinderen. Een groot deel van hen is net als shon Gerry muzikaal. Enkele bekende namen zijn de kleinzoons Jacobo Palm (shon Coco) en John en Rudolph Palm (shon Dòdò). Rudolph is weer de vader van de componisten Albert en Edgar Palm. De pianist Robert Rojer is een achterkleinzoon van shon Gerry.
Palms nazaten Joop Halman en Robert Rojer publiceerden in 2009 bij de KITLV uitgeverij een interessant boek over het leven van Palm, ook shon Gerry genoemd. Terug naar DitzSchrijft
Op vrijdag 20 mei 2020 was het zover. In het Curaçaohuis in Den Haag ontvingen de Curaçaose minister Charles Cooper en de drie gevolmachtigde ministers van Curaçao, Aruba en Sint Maarten een exemplaar van het gloednieuwe boek Willemstad Werelderfgoed. Aanwezig waren vertegenwoordigers van Nederlandse werelderfgoederen en Kathleen Ferrier, voorzitter van de Nederlandse Unesco Commissie. Boris van der Ham, voorzitter van Werelderfgoed Nederland sprak de aanwezigen vanuit Australië toe via een videoboodschap.
Morgen, op vrijdag 20 mei, krijgt de Curaçaose minister Cooper van Verkeer, Vervoer en Ruimtelijke Planning het eerste exemplaar aangeboden van het Werelderfgoedboek. Dit gebeurt in het Curaçaohuis in Den Haag.
Het boek verschijnt mede vanwege het 25-jarig bestaan van Curaçao Unesco Werelderfgoedstad. Ik schreef de hoofdstukken over de vier historische stadswijken en om die reden zal mij wel gevraagd zijn een een kort praatje te houden over de vier wijken en de bewoners daarvan. Terug naar www.DitzSchrijft.nl
In de nacht van 30 april op 1 mei klinkt vanaf het Curaçaose Fort Nassau een kanonschot. Dit luidt de aanvang in van het Hof van Justitie en betekent het einde van de lekenrechtspraak. Diezelfde dag vindt de installatie plaats van het nieuwe ‘Hof van Justitie en het Kantongeregt’ in de Raadzaal van het Raadhuis. De Raad voor Civiele en Criminele Justitie heet voortaan de Rechtbank en mr. P.C. Prince is de eerste hofpresident. Gouverneur De Rouville spreekt de leden van het Hof toe en meldt dat rechtzoekenden zowel in het civiele als het strafrecht zich veel te lang hebben moeten behelpen met een toepassing van het recht die ‘niet meer tot onzen tyd behoorde’.
Dat de juristen veel te lang hebben moeten proberen een verouderde wet in overeenstemming te brengen met de ‘mildere begrippen van onze tyd’. Op deze eerste mei worden ook het Burgerlijk Wetboek en het Wetboek van Strafrecht ingevoerd. Na afloop van de bijeenkomst klinkt vanaf het Waterfort een saluut van 21 schoten en speelt het nationale volkslied.
Het is vandaag, 9 mei, negentig jaar geleden dat Janina Katz werd geboren in het Poolse Chorostków, ten zuidoosten van Lviv. Dit plaatsje ligt nu in Oekraïne, waar de Oekraïners dapper vechten tegen de Russen. Niemand kon bij haar geboorte in 1932 bevroeden dat Janina er tien jaar later helemaal alleen voor kwam te staan en moest rennen voor haar leven. Twee jaar lang probeerde de kleine joodse Janina uit handen van de Duitsers te blijven. Eerst zat ze in een vrouwenkamp van Belzec, vlakbij haar broer Bumek. Nadat alle mannen in het mannenkamp waren vermoord, zocht ze onderdak bij diverse families, waar ze voor het huishouden en de kinderen zorgde. Intussen moest ze uit alle macht haar joodse identiteit verborgen houden.
Janina’s leven vanaf haar geboorte tot het einde van de oorlog hebben Marjan Brouwers en ik beschreven in de roman Ren, Janina, ren! (met een Engelse vertaling: Run, Janina, Run!). Dit boek kwam in 2016 uit bij uitgeverij LMPublishers. Janina was aanwezig bij de presentatie op Curaçao, waar zij sinds de oorlog woont. Ze begon er de kledingzaak Casa Janina die nu door haar zoon en dochter wordt gerund, maar ze is nog dagelijks in de winkel te vinden. Regelmatig komen Nederlandse lezers van de roman langs om haar te ontmoeten.
Janina is een sterke vrouw die de gruwelen van de oorlog overleefde en de kans kreeg op Curaçao een nieuw leven op te bouwen. Dat deed ze Samen met haar vader, de enige van het gezin Katz die de oorlog overleefde, dankzij het feit dat de Russen hem in 1940 naar Siberië hadden verbannen.
Het is het eerste stoomschip ter wereld dat de Atlantische Oceaan oversteekt: Zijner Majesteits Raderstoomschip ‘Curaçao’. Met een bemanning van 42 man plus passagiers verlaat het op 26 april 1827 de haven van Hellevoetsluis met bestemming Curaçao. De ‘Curaçao’ dient voor de pakketvaart op de koloniën. Via Madeira en Paramaribo komt het op 8 juni van dat jaar (na 28 dagen) in de haven van Curaçao aan. Het schip meert af aan de voet van de Seru Sablica, waarop Fort Nassau staat, en wordt in de haven begroet met dertien saluutschoten. Het stoomschip keert op 6 juli terug naar Hellevoetsluis, maar op die reis maakt het ook enkele dagen gebruik van de zeilen, die het schip kennelijk nog wel bezit.
De kapitein schrijft daarover: “Hebbende derhalve den overtogt van Curaçao in 24 etmalen afgelegd van welke tijd 23 dagen de machines werkzaam zijn geweest en slechts zeer weinig dagen met voordelige wind gezeild is, behoort ondanks enkele tegenslagen egter de eer alleen aan de Nederlanders als de eerste te zijn geweest onder wiens vlag de reis naar de Indiën en terug door een stoomschip volbragt is.”
De stoomschipverbinding is een initiatief van koning Willem I. Aanvankelijk wil hij het schip in Nederland laten bouwen, als dat niet lukt koopt hij dit schip in Engeland.
De Curaçaose epidemioloog Izzy Gerstenbluth krijgt op 4 mei de Cola Debrotprijs voor zijn jarenlange inspanningen voor de Curaçaose gezondheidszorg. De covid-19-pandemie maakte van Gerstenbluth een bekende Curaçaoënaar, maar daarvoor werkte hij al vele jaren aan gezondheidsonderzoek. Zo leidde hij het grootschalige onderzoek Hoe gezond is Curaçao? dat de afdeling Epidemiologie van de Curaçaose GGD uitvoerde.
Cola Debrot (1902-1981) was dichter en schrijver, onder andere van het bekende Mijn zuster de negerin, maar ook gouverneur van de Nederlandse Antillen, arts en diplomaat. De prijs is in 1968 ingesteld en wordt gegeven aan mensen die zich op cultureel of wetenschappelijk vlak verdienstelijk hebben gemaakt. Dit jaar was wetenschap aan de beurt met de wetenschapper Gerstenbluth als ontvanger van de prijs.
De prijs wordt jaarlijks uitgereikt op de geboortedag van Cola Debrot, 4 mei. Terug naar www.DitzSchrijft.nl
Hij is op 23 april 1977 op Curaçao geboren en hoewel zijn vader een goede honkbalspeler was, vermoedt niemand dat Andruw Jones een van de grootste honkballers van Amerika zou worden. ‘The Curaçao Kid’ wordt hij daar wel genoemd. Als driejarige krijgt hij zijn eerste honkbalknuppel en op zijn vijftiende wordt hij gescout waarna hij op zijn zestiende een contract tekent met de Atlanta Braves. In 1995 maakte hij 25 homeruns en in 1996 is hij met negentien jaar de jongste speler in de geschiedenis van de sport met een homerun in de World Series. Een jaar later debuteert hij in de Major League. Vanaf dat moment schiet zijn carrière in de Amerikaanse honkbalwereld omhoog. Tussen 1998 en 2007 ontvangt hij tien keer de Rawlings Gold Glove Award. In februari 2016 stopt Jones als honkbalspeler. Terug naar www.DitzSchrijft.nl
Afgelopen zaterdag, 29 februari 2020, verscheen in de bijlage van de Curaçaose Amigoe een artikel van mijn hand over de ANWB-borden die sinds 1956 her en der op het eiland de weg wijzen.